Opbouw afstudeerscriptie

Voorblad

De eerste pagina van jouw scriptie is het voorblad. Over het algemeen staat op deze pagina de titel van jouw scriptie, jouw naam, studentnummer en de naam van jouw opleiding en onderwijsinstelling. Tenslotte staat op het voorblad ook het jaar en de maand van publicatie. Kijk ook altijd goed naar de richtlijnen van jouw onderwijsinstelling en opleiding, wellicht wijken deze af van het standaard.

Voorwoord

In het voorwoord leg je uit dat het onderzoek betrekking heeft op jouw afstudeeropdracht. Ook benoem je waar je dit onderzoek hebt uitgevoerd en hoe je tot de keuze voor het thema en de eventuele organisatie gekomen bent. Daarnaast verwerk je in het voorwoord ook het bedanken van iedereen die betrokken is geweest bij jouw afstudeeronderzoek. Denk hierbij aan jouw begeleiders, klasgenoten, externe studiecoaches en de contactpersonen op je stageadres.

Samenvatting

Iedereen die eventueel interesse heeft in jouw scriptie, begin met het lezen van de samenvatting. Hierop wordt gebaseerd of de inhoud van jouw paper en onderzoek interessant is voor hen. Je samenvatting is max. één pagina met de volgende onderdelen;

• De doelstelling, onderzoeksvragen en eventuele hypothesen van het onderzoek
• Je onderzoeksmethoden
• De belangrijkste bevindingen (resultaten)
• Benoem de hoofdzaken en presenteer kort de aanbevelingen

Inhoudsopgave

Na bovenstaande komt pas de inhoudsopgave. Kijk altijd goed naar de richtlijnen van jouw onderwijsinstelling en opleiding, wellicht wijken deze af van het standaard. De inhoudsopgave (en de bronnenlijst!) krijgen geen hoofdstuknummer. 

Inleiding en aanleiding

Het schrijven van een goede inleiding is ontzettend belangrijk. In dit hoofdstuk introduceer je het onderwerp van jouw onderzoek en bespreek je wat de aanleiding voor dit onderzoek was. Hier beschrijf je waarom jouw thesis opdracht op dit moment relevant is. Bespreek ook de huidige stand van zaken binnen de wetenschap.

Wat is er aan de hand (binnen het bedrijf, trends en ontwikkelingen)?

Waar wil de organisatie naar toe (performance-ambities)?

Waarom ligt er op dit moment een vraagstuk bij het management van de organisatie? 

Wat staat er op het spel? Wat is de urgentie/relevantie/noodzaak? 

Theoretisch kader

Het theoretisch kader ook wel het literatuuronderzoek genoemd, vormt de theoretische basis voor de rest van jouw onderzoek. In dit onderdeel van je afstudeerscriptie gaat het erom te beschrijven waar je je in moet verdiepen c.q. waar je ‘expert’ in moet worden. Het managementvraagstuk is richtinggevend voor kernbegrippen waar je je in het theoretische kader in gaat verdiepen.

Onderzoeksmethoden

De onderzoeksmethoden omschrijven de aanpak van jouw onderzoek. Beschrijf de manier hoe je het onderzoek hebt aangepakt. Onderbouw jouw keuzes vanuit de onderzoeksliteratuur met betrekking tot de onderzoeksstrategie, waarnemingsmethode, meetinstrument, selectie van onderzoekseenheden en hoe je de resultaten hebt geanalyseerd. De keuzes zijn consistent aan je onderzoeksvragen (kennisvragen).

Onderzoeksresultaten

Je voert daadwerkelijk het onderzoek uit! De resultaten hiervan worden door jouw geanalyseerd. Vervolgens kom je toe aan het bespreken van je onderzoeksresultaten. In dit hoofdstuk worden jouw belangrijkste bevindingen uitgeschreven, welke uiteindelijk uitmonden in de beantwoording van jouw deelvragen. Let wel op: in dit hoofdstuk gaat het nog niet over conclusies. Interpreteren komt hier ook nog niet aan bod!

Conclusie

Vanuit de gepresenteerde en beschreven onderzoeksresultaten in het vorige hoofdstuk trek je een conclusie. Deze conclusie zorgt ervoor dat jouw managementvraag beantwoord kan worden. Let wel op: in dit hoofdstuk gaat het over observeren. Interpreteren komt aan bod in het volgende hoofdstuk.

Discussie en kwetsbaarheid

Durf hier kritisch en assertief te zijn! In dit hoofdstuk ga je dieper in op de conclusies van jouw onderzoek: komen de resultaten overeen met jouw verwachtingen en wat betekenen de resultaten nu eigenlijk? In welk opzicht brengt jouw onderzoek iets bij aan de beroepspraktijk of wetenschap? In dit hoofdstuk van discussie ga je tevens in op de kwetsbaarheid van jouw onderzoek. Welke aanmerkingen kan je geven en heeft dit mogelijke consequenties?

Advies

Na de discussie presenteer jij je advies aan de hand van jouw onderzoek. Deze aanbevelingen mogen praktisch zijn en kunnen (direct) opgepakt worden door jouw afstudeerbedrijf maar dit kunnen ook aanbevelingen zijn voor een eventueel vervolgonderzoek. De persoon/afdeling/organisatie waar jij je tot richt met je scriptie moet er echt wat mee kunnen. Zorg altijd dat jouw aanbevelingen voldoende overduidelijk en evident zijn

(Optioneel nawoord)

Kijk altijd goed naar de richtlijnen van jouw onderwijsinstelling en opleiding, wellicht wijken deze af van het standaard. Het kan zijn dat voor jouw scriptie een nawoord geldt. Hierin blik je terug op je onderzoek: Wat heb je geleerd?

Literatuurlijst

Als voorlaatste stuk: de literatuurlijst. Deze krijgt geen hoofdstuknummer in jouw inhoudsopgave. Jouw bronvermeldingen in je scriptie dienen te voldoen aan de APA-normen, voor de literatuurlijst zelf gelden deze normen natuurlijk ook. Zorg dat je deze lijst al tijdens het schrijven van je scriptie bij houdt zodat dit niet een enorme klus is op het eind.

Bijlagen

Veel documenten en afbeeldingen die worden gebruikt bij je scriptie staan niet direct verwerkt in de tekst zelf. Denk hierbij aan enquêtes, uitgeschreven interviews, grote afbeeldingen, tabellen en analyses. Deze bijlagen zijn relevant maar te groot om te verwerken. Naar deze bijlagen wordt in jouw scriptie correct volgens de APA-richtlijnen verwezen.